Je denkt dat je wel weet hoe je de was moet doen, maar dat wil nog niet zeggen dat je routine niet voor verbetering vatbaar is. Bekijk vijf veelvoorkomende fouten die de ontwikkeling van je wastalenten in de weg kunnen staan:
Het valt niet te ontkennen dat wasverzorgingsproducten het beste middel zijn om een stapel vuile was weer schoon en mooi te krijgen. Gebruik je echter te veel, dan kan het zijn dat ze een goed resultaat juist in de weg zitten. Als te veel wasmiddel wordt gebruikt, kan dit tijdens de spoelcyclus niet worden weggespoeld. Hierdoor blijven stoffen stijf en oncomfortabel. Te veel wasverzachter kan zich aan vezels hechten, waardoor vettige wasverzachtervlekken ontstaan. Gelukkig is er een simpele oplossing: terughoudendheid. Volg de productrichtlijnen en als je twijfelt, kun je de vuistregel van Silan aanhouden die zegt dat je voor elke waslading van 4 kg ongeveer een halve dop wasverzachter nodig hebt.
Is een wasverzachter hetzelfde als een wasmiddel? Absoluut niet. Zelfs in de verste verte niet. Hoewel de termen vaak door elkaar heen worden gebruikt, voeren de twee producten heel verschillende taken uit. Wasmiddelen richten zich op vlekken en maken kleding schoon door diep in de vezels te werken en vuil en vet te verwijderen. Wasverzachters komen pas tijdens de allerlaatste spoelcyclus in actie, wanneer het reinigingsmiddel wordt weggespoeld. Tijdens deze cyclus wordt de statische hechting geneutraliseerd en worden stoffen zachter en kleurvaster. Tegelijkertijd worden ze ook beschermd tegen slijtage en wordt een frisse geur toegevoegd. Je krijgt vlekken niet weg met een wasverzachter. Evenmin zal een wasmiddel stoffen verzachten.
Kijk aan de binnenkant van vrijwel ieder kledingstuk en je zult een klein label met wasinstructies tegenkomen. Deze kleine nuttige labels vertellen je precies hoe een bepaald item moet worden verzorgd, van de juiste watertemperatuur tot de juiste droogmethode. Toch worden ze maar al te vaak volledig genegeerd, wat dan ten koste gaat van een favoriete spijkerbroek of een overhemd dat eerst nog wit was. Als je het doorlopen van kleuren en tal van andere problemen wilt voorkomen, neem dan even de tijd om de was- en onderhoudsinstructies te lezen.
Je weet waarschijnlijk dat stoffen op kleur moeten worden gesorteerd voordat ze de machine ingaan. Maar wist je dat ze ook gesorteerd moeten worden op hun pluisgedrag? Het is echt zo. Sommige stoffen zoals katoen, badstof, tapijten en chenille, zijn berucht om het razendsnel pluizen. Omgekeerd trekken andere stoffen zoals linnen, synthetische vezels, gebreide stoffen en corduroy, pluis juist aan. Je kunt je vast wel voorstellen dat de resultaten niet optimaal zullen zijn wanneer je een stof die pluist samen wast met een stof die pluis aantrekt. Houd de stoffen daarom uit elkaar als je het pluizen onder controle wilt houden en voeg een scheutje wasverzachter toe. Dit helpt de vezels te ontspannen, waardoor het pluis gemakkelijker weg te wassen is.
Ze zien er misschien stevig uit, maar ga er daarom niet van uit dat donkere stoffen best een ruwe behandeling aankunnen. In werkelijkheid behoren ze namelijk tot de meest gevoelige stoffen. Te veel hitte of beweging kan het oppervlak van de vezels in beweging brengen, wat leidt tot vervaging van de kleur en een onverzorgd en verwassen uiterlijk. Wat kun je eraan doen? Keer donker wasgoed binnenstebuiten, gebruik een zachte, koude wascyclus en vergeet niet om wasverzachter toe te voegen. Hierdoor ontspannen de vezels en worden ze beschermd tegen slijtage en kleurvervaging. Sla ook de wasdroger over en hang donkere kleding aan een lijn, uit de buurt van direct zonlicht.